Vergeten Oorlogsdreiging
Vergeten oorlogsdreiging
Nagorno-Karabach is een regio in de Zuidelijke Kaukasus De inwoners van Karabach, die voor het merendeel Armeense christenen zijn, zijn doodsbang voor de oorlogsdreiging die uitgaat van het islamitische buurland Azerbeidzjan. Al enkele jaren is Azerbeidzjan bezig zijn leger uit te breiden. Steeds meer troepen zijn gelegerd langs de grens met Karabach. Met de groei van het leger, groeit ook de oorlogsdreiging. De bewoners van de grensgebieden leven constant in angst, zelfs het land bewerken is levensgevaarlijk.
Met het uiteenvallen van de Sovjet-Unie heeft Karabach zich in 1991 onafhankelijk verklaard. Karabach was een autonome regio van het voormalig Sovjet-Azerbeidjzan. Azerbeidjzan accepteerde de onafhankelijkheid niet en er volgde een vier jaar durende oorlog. Karabach werd daarbij gesteund door Armenië. Het christelijke geloof en de Armeense taal vormen tot op de dag van vandaag de rode draad die de beide landen bindt. Door de bloedband was het niet meer dan logisch dat Armenië Karabach steunde in de strijd voor onafhankelijkheid. Turkije eiste dat Armenië zich terug zou trekken. Het is echter ondenkbaar dat Armenië haar volksgenoten in Karabach in de steek zal laten.
Onder internationale druk heeft Azerbeidzjan in 1994 geaccepteerd dat Karabach geen onderdeel meer uitmaakt van Azerbeidzjan. De wapenstilstand die op de oorlog volgde was bedoeld om een diplomatieke oplossing te vinden voor het conflict. De wapenstilstand blijkt zeer fragiel. Vertrouwen in een diplomatieke oplossing is er niet omdat langs het grensgebied regelmatig Armeniërs gedood worden door sluipschutters. Uit alles blijkt dat Azerbeidzjan het conflict niet op een vredige manier wil oplossen.
Dat Karabach zich aansluit bij Armenië is voor Azerbeidzjan onacceptabel. In april van dit jaar werd Karabach opgeschrikt door bombardementen. Tienduizenden inwoners verlieten huis en haard om een veilig heenkomen te vinden in Armenië of veilige plekken in Karabach zelf. Begaan met het lot van vele Syriërs op weg naar Europa, zijn de mensen nu zelf vluchteling. Azerbeidzjan is zijn militaire apparaat continu aan het uitbreiden. Uit de opbrengsten van olie en gas worden wapens aangekocht. Met de groei van het leger, groeit ook de oorlogsdreiging.
De bewoners van de grensgebieden die achter gebleven zijn leven constant in angst. Zelfs het land bewerken is levensgevaarlijk. Toch nemen de inwoners het risico omdat ze voor hun levensonderhoud afhankelijk zijn van wat hun landerijen aan voedsel opbrengen Mensenkinderen die in het gebied hulp biedt luidt de noodklok. De nood is groot. Voor de mensen die gevlucht zijn is er dringend behoefte aan voedsel, kleding en dekens en de mensen die achterbleven of terugkeren naar hun dorpen in het grensgebied vragen om hulp bij de herbouw van hun kapotgeschoten huizen.
Wanneer mensen in plotselinge nood terecht komen, zet Mensenkinderen alles in het werk om in de noodzakelijke basisbehoeften te voorzien zoals voedsel, een gezonde en veilige plek om te wonen, warmte en kleding. Mensenkinderen is bewogen met de allerarmsten in Albanië, Armenië, Moldavië en Bulgarije en wil hulp bieden door mensen in Nederland bewust te maken van de grote nood en zorgen dat zij betrokken raken bij het werk van Mensenkinderen zodat de allerarmsten gesteund en bemoedigd worden door de Blijde Boodschap en barmhartige daden.
Voeg een reactie toe